Focusgroep verslag

Betreft Focusgroep activiteit Combineren en arrangeren van leermateriaal’ 
Methode Bijeenkomst
Datum 27 maart 2025
Voorzitter werkgroep Judith ten Brummelhuis
Feedback namens scholen en leveranciers
In bijeenkomst: 9

Schriftelijk vooraf: 4

Doelen
Verdiepen in het op zoek gaan naar leermateriaal als voorbereiding en aanvulling op de les
Vraagstelling  Wat is de frequentie waarop jouw school aanvullend leermateriaal zoekt?
  Op welke manier wil jouw school aanvullend leermateriaal zoeken?
  Hoe biedt jouw school aanvullend leermateriaal aan bij de leerlingen en studenten?

Inzichten l frequentie

Bijna alle aanwezige scholen zoeken één of meerdere keren per week naar extra leermateriaal binnen de methode. Benoemd wordt dat er wel een verschil zit tussen zoeken, en daadwerkelijk vinden en gebruiken.
De frequentie waarop aanvullend leermateriaal buiten de methode wordt gezocht, is vergelijkbaar met bovenstaande. Besproken wordt dat het zoeken vaak te tijdsintensief is, net zoals het geschikt maken van het leermateriaal. Bij het lesgeven aan thuiszitters werkt het net wat anders.

Inzichten l zoekwijze

De aanwezige scholen zoeken op veel verschillende manieren naar aanvullend leermateriaal. Genoemd worden: zoekmachines, tips van collega’s, inspiratie op congressen en bijeenkomsten, folio, digitale methode, Youtube, LessonUp, Facebook, SchoolTV, platforms, contactpersoon van de methode, netwerken van vakcollegas, edusources en AI. Ze vragen aandacht voor het hebben van één verzamelplek van dit leermateriaal. 
Alle aanwezige scholen zijn het erover eens dat thema/onderwerp het belangrijkste label is om op te kunnen zoeken. Het gevonden leermateriaal wordt vaak nog aangepast om het geschikt te maken voor de eigen les. Daarnaast worden vak en niveau, kerndoel/eindterm, soort opdracht en leerjaar ook meerdere keren aangestipt. Tijdsduur, Europees referentiekader (A2, B1 etc.) en gebruik door peers worden ook benoemd. Er wordt dan minder gezocht naar werkvormen, omdat de opvatting is dat er dan te weinig te vinden is.

Inzichten l aanbieden

Op dit moment bieden de aanwezige scholen het aanvullend leermateriaal vooral aan via een melding/link in de ELO. Daarnaast gebeurt dit via een melding/link in het leerplatform van de methode, op papier, klassikaal via Powerpoint, via een stappenplan in Word, in de omgeving van de methode, in Google Classroom, in MetaMaster, in Eduo en via e-mail.
Ze vinden het een belangrijk aandachtspunt om het leermateriaal via een centrale omgeving aan te bieden. Op dit moment is het vaak een wirwar van plekken. De centrale omgeving biedt vaak geen mogelijkheid om te verwijzen naar andere plekken, maar dit is hier wel de meest voor de hand liggende plek voor. Bij afstandsonderwijs werkt dit anders.
Leerlingen en studenten worden meestal in de les geïnformeerd dat er aanvullend leermateriaal klaarstaat. Zij krijgen daarnaast via het leerplatform/ELO een link. Het wordt soms ook uitgedeeld in de les.
Aanbieders van leermateriaal kunnen scholen ondersteunen door ervoor te zorgen dat informatie goed te filteren is aan de hand van duidelijke metadata. Daarnaast helpt het als er een overzicht van leermateriaal is, inclusief linkjes. Over het inzetten van pop-up meldingen en herinneringse-mails wisselen de meningen. Ze zouden het fijn vinden als het leermateriaal gerangschikt is door peers. Daarnaast wordt aangekaart dat aanbieders meer in contact kunnen treden hierover met leerkrachten en docenten.