Betreft | Focusgroep activiteit marktverkenning ‘Evalueren leervoortgang en -resultaten’ |
Methode | Interviews |
Periode | Voorjaar en zomer 2024 |
Voorzitter werkgroep |
Marcel Dol
|
Feedback namens scholen
|
10 |
Doelen
|
Het ophalen van informatie over de behoefte van onderwijsdeelnemers in inzicht in leervoortgang en -resultaten. |
Vraagstelling
|
1. Wat zou de meerwaarde kunnen zijn van een overkoepelend dashboard waar op leerling of klasniveau inzicht wordt geboden in leervoortgang en -resultaten?
2. Op welke manier kunnen onderwijzende rollen het best worden ondersteund? 3. Op welke manier kunnen begeleidende rollen het best worden ondersteund? 4. Welke informatie is zinvol om te tonen, en welke minder? |
PO, VO, MBO: Een overkoepelend dashboard maakt het makkelijker om begeleiders inzicht te geven in een leerling. Het delen van informatie is nu erg omslachtig. |
VO: Inzicht in trends, uitvallers en prestaties met betrekking tot specifieke leerdoelen biedt mogelijkheid voor gedifferentieerd onderwijs. |
Begeleidende rollen hebben vaak geen toegang tot de digitale omgeving van een lesmethode, en dus tot de informatie die onderwijsgevende rollen hebben. |
Onderwijzenden geven aan meerwaarde te zien in de mogelijkheid om te signaleren op uitval, bij gebruik van verschillende digitale leeromgevingen. Wanneer een onderwijsdeelnemer opvallend beter of minder presteert dan de rest van de groep kan dit met een overkoepelend dashboard snel gesignaleerd worden. |
Wanneer alle oefeningen op voldoende fijnmazig niveau zijn gekoppeld aan leerdoelen, kan ook op uitval op leerdoelniveau gesignaleerd worden. Dat maakt het mogelijk om het lesprogramma aan te passen op de behoeften van de groep of individuele onderwijsdeelnemer. |
Tijdens de lessen zijn de meeste onderwijsgevers voldoende geholpen met de inzichten die ze krijgen vanuit de methode dashboards van de uitgeverijen. |
Begeleidende rollen kunnen ondersteund worden met inzichten over leergedrag, inzet en informatie die helpt om specifieke leerproblemen op te sporen (zoals faalangst, dyslexie enz.). |
Wanneer per oefening ook de werkvorm vastgelegd wordt, kan ook worden gesignaleerd wanneer een onderwijsdeelnemer uitvalt op een specifieke werkvorm. Hier kan dan aandacht aan besteed worden. |
Het is nu voor begeleidende rollen erg lastig om aan informatie te komen. Deze rollen hebben vaak geen toegang tot de digitale methode omgeving en zijn afhankelijk van (vaak handmatig) aangeleverde input van de onderwijzende rollen. |
Bijna alle informatie die kan worden getoond bij een (digitale) oefening is zinvol. |
Over tijdsduur die een onderwijsdeelnemer heeft besteed aan een oefening is discussie. Sommige deelnemers vinden dit relevant, anderen onderstrepen dat er niet per definitie een oordeel kan worden gehangen aan langer of korter over een oefening doen. |
Onderwijzende rollen geven aan dat een score niet altijd goed kan worden geïnterpreteerd door iemand die de methode niet kent, en willen graag geholpen worden met een oordeel van de methodemaker (bijvoorbeeld met een kleurenschaal). |
Als (de interpretatie van) de context van de methode ontbreekt, dan heeft een overkoepeld dashboard voor begeleidende rollen meerwaarde als de context van de groep wel bekend is. Als duidelijk is hoe een leerling of student het doet ten opzichte van de rest van de lesgroep, dan zegt dat ook al veel zonder kennis van de oefenstof. |