Interview met Jan Kees Meindersma, lid van College van Bestuur van Stichting Carmel College
De digitale transformatie binnen het onderwijs vraagt om een gecoördineerde inzet van diverse partijen, waarbij technologie en menselijk vakmanschap hand in hand gaan. Jan Kees Meindersma, lid van College van Bestuur van Stichting Carmel College en lid van het Bestuurlijk Overleg*, benadrukt in dit interview het belang van leiderschap dat zowel visionair als praktisch is. Door op strategisch niveau met leveranciers te overleggen en de kansen die technologie biedt optimaal te benutten, kan het onderwijs een volgende fase ingaan waar leerlingen en docenten efficiënt en effectief gebruik kunnen maken van innovatieve, digitale leermiddelen.
Sinds iets meer dan een jaar ben ik bestuurder bij Stichting Carmel College, waar ik samen met de voorzitter eindverantwoordelijk ben voor het voortgezet onderwijs aan 33.000 leerlingen. De scholen variëren van grote instellingen met zo’n 5.000 leerlingen tot kleinere met rond de 900 tot 1.000 leerlingen, verspreid van Haren (Groningen) tot Eindhoven, met een concentratie in Overijssel en Twente. Mijn portefeuille omvat financiën, huisvesting, HR en ICT, waarbij ik mij wat meer op de ‘hardere’ kant van het onderwijs richt.
Mijn achtergrond ligt in ICT; ik ben mijn carrière begonnen als ICT’er, en heb gaandeweg steeds meer mijn weg gevonden richting het onderwijs. Daarnaast heb ik bijgedragen aan de oprichting van SIVON, ben ik bestuurder geweest in het primair onderwijs en heb ik bij Kennisnet gewerkt, waar ik betrokken was bij het realiseren van onderwijsstandaarden.
Wat mijn betrokkenheid bij Edu-V betreft, deze kwam voort uit mijn ervaringen in zowel het primair en voortgezet onderwijs, waar mijn expertise in standaarden en onderwijs ICT van waarde was om de stem van de scholen te laten horen binnen het programma Edu-V.
Edu-V is om meerdere redenen interessant voor mij. Allereerst is het onderwerp ICT-infrastructuur cruciaal voor de ontwikkeling van digitalisering in het onderwijs. Het momentum is gunstig, omdat we als scholen nu volwaardig aan tafel zitten bij leveranciers en er budget beschikbaar is om leveranciers te motiveren standaarden in te bouwen en de afspraken te adopteren. Dit was vroeger anders, en ik geloof dat we nu de stappen kunnen zetten die nodig zijn. Want de behoeften binnen het onderwijs zijn veel sterker geworden; we passen veel meer digitale leermiddelen toe dan 10 of 15 jaar geleden. Vroeger dachten we niet na over een dashboard met sturingsinformatie of informatie over leervoortgang van een leerling of groep op één plek. Nu zijn er veel docenten, schoolleiders en bestuurders die daar aan behoefte hebben, of al mee werken.
“Publiek-private samenwerking speelt een essentiële rol in de digitalisering van het onderwijs.”
Binnen Edu-V nemen we een unieke positie in door scholen en leveranciers gelijkwaardig aan tafel te brengen. Dit stelt ons in staat om gezamenlijk belangen te vertegenwoordigen, de markt effectief te reguleren en tegelijkertijd innovatie binnen het onderwijs te stimuleren.
Het wederzijds begrip tussen de onderwijsinstellingen en leveranciers is cruciaal. Leveranciers staan vaak voor de uitdaging om grote investeringen te doen om aan standaarden en afspraken te voldoen, wat soms betekent dat ze hun ontwikkelagenda behoorlijk moeten aanpassen. Het is van belang dat beide partijen elkaars uitdagingen en behoeften erkennen.
Edu-V speelt hierin een cruciale rol door als brug te fungeren tussen deze diverse belangen. We faciliteren de co-creatie van veilige en effectieve ICT-oplossingen, waardoor een breed gedragen basis ontstaat die ten goede komt aan alle onderwijsinstellingen.
Sterke publiek-private partnerschappen zorgen ervoor dat technologieën en educatieve tools breed beschikbaar en toegankelijk zijn, wat leidt tot een meer geïntegreerde, gestandaardiseerde en gebruikersvriendelijke ICT-infrastructuur op scholen. Dit is onmisbaar voor de ontwikkeling van toekomstbestendig onderwijs. Met de juiste ondersteuning en samenwerking streven we naar een onderwijsomgeving die zowel innovatief als inclusief is, waar elke leerling toegang heeft tot de beste educatieve middelen.
Een van de grootste uitdagingen is het waarborgen van de onafhankelijkheid van het onderwijs. We moeten waakzaam blijven dat de invloed van big tech niet leidt tot een verlies van educatieve autonomie. Wij willen onze publieke waarden beschermen. Wij willen de data van onze leerlingen en docenten beschermen. Het is belangrijk dat we stevig in onze schoenen staan en duidelijke afspraken maken over wat we wel en niet accepteren in de samenwerking.
Tegelijkertijd biedt samenwerking met big tech een kans om Nederland voorloper te laten zijn in het ontwikkelen en toepassen van nieuwe onderwijstechnologieën. Door de hoge dekkingsgraad van ICT in ons land, kunnen we een modelregio zijn voor het testen en verfijnen van onderwijstechnologieën die uiteindelijk wereldwijd kunnen worden toegepast.
“Edu-V kan op diverse manieren een significante bijdrage leveren aan de verbetering van onderwijsprocessen en -resultaten op scholen.”
Een mooi voorbeeld is het voortgezet onderwijs, waar de samenwerking met distributeurs en uitgeverijen van belang is om tijdig de leermiddelen voor onze leerlingen beschikbaar en toegankelijk te krijgen. Edu-V kan het ontwikkelen van een onafhankelijke catalogus voor leermiddelen mogelijk maken. Hierdoor kunnen docenten makkelijker leermaterialen vinden, vergelijken en op de leermiddelenlijst plaatsen. Dit bevordert de transparantie, vergroot keuzevrijheid en stelt docenten in staat om eenvoudiger en beter geïnformeerde keuzes te maken voor hun leerlingen.
Verder speelt Edu-V een rol in het integreren van systemen die een integraal overzicht bieden van de voortgang van leerlingen. Dit is vooral belangrijk voor het formatief en summatief toetsen van leerstof, maar ook van basisvaardigheden, zoals taal en rekenen. Door educatieve applicaties te integreren, kunnen docenten zien waar leerlingen staan en wat ze nog moeten leren. Dit maakt het mogelijk om de lesstof gerichter aan te bieden. Leerlingen krijgen meer informatie over hun eigen leerprestaties. Docenten hebben beter zicht op de ontwikkeling van individuele leerlingen, wat essentieel is om uitval van leerlingen te voorkomen.
Tenslotte willen docenten meer flexibiliteit in de inzet van lesmateriaal. Veel docenten willen vanuit een vaste methodiek lesgeven, maar ook kunnen variëren binnen de methode, bijvoorbeeld door op de actualiteit in te spelen. Edu-V kan ondersteuning bieden door het makkelijker te maken voor docenten om ander lesmateriaal te combineren met methodes en daarmee hun eigen inbreng en keuzes te integreren voor leerlingen in een studiewijzer of handleiding. Dit maakt het onderwijs relevanter en interessanter voor leerlingen.
Door onderwijsmateriaal dat op scholen zelf is gemaakt te combineren met externe bronnen, kan Edu-V helpen het onderwijs persoonlijker en beter en te maken. Door open lesmateriaal vanuit de scholen te laten voldoen aan standaarden kan het makkelijker ingezet worden in meer scholen, wat kan bijdragen aan het verminderen van kosten voor leermiddelen.
Deze initiatieven tonen aan hoe Edu-V efficiënter en inzichtelijker onderwijs kan faciliteren, wat leidt tot een meer persoonlijke, betere en interessantere digitale onderwijservaring voor zowel leerlingen als docenten.
Om de adoptie van Edu-V door alle scholen te bevorderen, is het cruciaal om deze standaarden en afspraken zowel eenvoudig als aantrekkelijk te maken. De snelheid van adoptie zal variëren; bij grote, veelgebruikte systemen die al aan de Edu-V eisen voldoen, is de overgang eenvoudig en vereist het weinig aanpassing voor scholen die deze systemen al gebruiken. Scholen willen ook graag voor kleine leveranciers blijven kiezen en deze aansluiten op de veel gebruikte systemen Het is daarom van groot belang een omgeving te creëren die ook deze kleinere aanbieders aanmoedigt om aan de Edu-V normen te voldoen, zodat scholen veilig voor deze opties kunnen kiezen.
Een effectieve strategie hierbij is het uitoefenen van druk vanuit de vraagzijde, wat een ‘pull’-effect creëert waarbij leveranciers worden gemotiveerd om aan de eisen te voldoen omdat de markt dit vraagt. Technische aspecten, zoals de noodzakelijke koppelingen aan de kant van de scholen, spelen hierbij ook een belangrijke rol. Door deze integraties te vereenvoudigen, te versnellen en veiliger te maken, kan het enthousiasme voor probleemloos gebruik van digitale leermiddelen en educatieve software de adoptie bevorderen.
Het is ook belangrijk de voordelen van Edu-V helder te communiceren naar alle betrokken partijen.
“Scholen zijn zich niet altijd bewust van de inefficiënties in hun huidige systemen, zoals het op meerdere plaatsen opslaan van data, wat risicovol en onhandig is.”
Of het gebrek aan eenvoudig inzetbare koppelingen tussen softwarepakketten. Een duidelijke en eenvoudige boodschap over gemak en efficiëntie naar scholen gaat helpen om de Edu-V normen als vanzelfsprekend te gaan beschouwen in het onderwijs.
Ongeacht de grootte van de school of de huidige systemen die zij gebruiken, door zowel grote als kleine spelers te ondersteunen en een duidelijke vraag te formuleren, samen met het bieden van zichtbare en snelle voordelen, zal Edu-V breed geadopteerd worden. Dit draagt bij aan een onderwijssysteem waarin technologie een rol speelt die zowel eenvoudig als bevorderlijk is voor goed onderwijs.
Mijn advies zou zijn om je te verdiepen in wat er gebeurt binnen Edu-V en indien mogelijk actief deel te nemen aan het co-creatieproces, in werkgroepen, klankbordgroep of focusgroepen. Het is belangrijk dat scholen hun behoeften duidelijk maken en samenwerken binnen Edu-V om ervoor te zorgen dat de stem van het onderwijs wordt gehoord en de belangen van leerlingen en docenten worden behartigd.
“Ik heb gezien wat technologie kan betekenen in andere sectoren en ben ervan overtuigd dat we nog veel onbenutte kansen hebben in het onderwijs.”
Persoonlijk ben ik gedreven door de mogelijkheden die ICT biedt om het onderwijs te verbeteren. Ik heb gezien wat technologie kan betekenen in andere sectoren en ben ervan overtuigd dat we nog veel onbenutte kansen hebben in het onderwijs. Door slimme en doordachte toepassing van ICT kunnen we het onderwijs persoonlijker, beter en interessanter maken voor zowel leerlingen als docenten.
*het hoogste besluitvormingsorgaan van Edu-V