Meer grip op leermiddelen dankzij afspraken uit de werkgroep Combineren en arrangeren

Hoe help je leerkrachten en docenten om snel en eenvoudig leermateriaal te vinden dat past bij de behoeften van hun leerlingen en studenten? Met die vraag houdt de werkgroep ‘Combineren en arrangeren’ zich bezig. In deze werkgroep – een samenwerking tussen publieke en private partijen – worden afspraken gemaakt die het makkelijker maken om open en gesloten lesmateriaal slim te combineren. Judith ten Brummelhuis (Edu-V) en Kaj Schneider (Wikiwijs) vertellen hoe deze afspraken tot stand komen en vooral: wat het onderwijs eraan heeft.

Wie: Judith ten Brummelhuis 
Functie:Voorzitter van de werkgroep Combineren en arrangeren. ‘Als voorzitter begeleid ik het proces, bewaak ik de voortgang en breng ik de verschillende belangen samen. Vanuit Edu-V zorgen we dat de afspraken werkbaar zijn voor alle partijen in het onderwijs.’ 

Wie: Kaj Schneider
Functie: Programmamanager bij Wikiwijs en lid van de werkgroep Combineren en arrangeren. ‘Ik vertegenwoordig Wikiwijs in de werkgroep, maar zit er niet alleen voor het platform. Mijn focus ligt op het verbeteren van de vindbaarheid en bruikbaarheid van zowel open als leermateriaal i van uitgevers.’

Zitten in de Edu-V werkgroep:Combineren en arrangeren van leermateriaal. 
Wat doet de werkgroep: De werkgroep maakt afspraken over het combineren en arrangeren van open en gesloten leermateriaal. Zo wordt het mogelijk voor leerkrachten en docenten om sneller en eenvoudiger geschikt materiaal te vinden, te combineren en aan te passen aan de behoeften van hun leerlingen en studenten.

‘Het zou fantastisch zijn als door de afspraken van Edu-V het eenvoudiger wordt voor leerkrachten en docenten om hun leermateriaal te vinden en het vergroot de mogelijkheden om open en gesloten leermateriaal te combineren en te arrangeren.’

Wat is het doel van de werkgroep Combineren en arrangeren?

Kaj: ‘Er is ontzettend veel leermateriaal beschikbaar. Maar voor leerkrachten en docenten is het soms lastig om snel te vinden wat ze zoeken. Laat staan het beoordelen of het aansluit op het niveau of thema dat ze nodig hebben.’

Judith: ‘Die zoektocht kost niet alleen tijd, maar kan ook leiden tot frustratie. De werkgroep wil daar iets aan doen. We willen een brug slaan tussen het enorme aanbod aan leermateriaal en de behoefte van leerkrachten en docenten om sneller en gerichter aanvullingen te vinden op hun lessen.’

Wie zijn er betrokken bij de werkgroep?

Judith: ‘De werkgroep bestaat uit een brede mix van partijen: van uitgevers tot scholen, van distributeurs tot leveranciers van digitale leeromgevingen. Die diversiteit is bewust gekozen. We willen niet als Edu-V voorschrijven wat er moet gebeuren. De afspraken moeten gedragen worden door de mensen die ermee werken.’

Kaj: ‘Iedere deelnemer brengt eigen belangen en perspectieven mee. Die mix is soms uitdagend, maar vooral waardevol. Juist doordat iedereen aan tafel zit, van grote uitgever tot individuele leerkracht of docent, ontstaan er afspraken die recht doen aan de praktijk.’

Wat bedoelen jullie met combineren en arrangeren?

Kaj: ‘Combineren betekent: leermateriaal uit verschillende bronnen bij elkaar zoeken. Arrangeren gaat nog een stap verder: het materiaal samenvoegen tot een logisch geheel. Ik vergelijk het met koken. Een recept volgen is prima. Maar soms wil je een ingrediënt vervangen, of iets toevoegen dat beter past bij je gasten. Zo werkt het ook met leermateriaal.’

Judith: ‘Leraren doen dit al. Ze gebruiken veelal een methode en voegen iets toe of zoeken aanvullend materiaal. Bijvoorbeeld een actueel nieuwsbericht bij maatschappijleer. Of een uitlegvideo bij de stelling van Pythagoras. Soms werkt een standaarduitleg niet voor een leerling. Dan is het fijn als je makkelijk aanvullend leermateriaal kunt aanbieden.’

Wat is de rol van Edu-V en Wikiwijs in de werkgroep?

Judith: ‘Edu-V faciliteert het proces: we brengen partijen samen, stimuleren samenwerking en zorgen dat afspraken geborgd worden. Zelf begeleid ik dit traject als voorzitter van de werkgroep. Ik coördineer het proces, bereid de agenda voor en zet samen met de werkgroepleden inhoudelijke lijnen uit. Daarnaast houd ik de verbinding met andere onderdelen binnen Edu-V, zodat onze afspraken aansluiten op het grotere geheel van het programma. Mijn rol is ook om de belangen van alle deelnemers aan tafel te bewaken en te zorgen dat de afspraken voor iedereen – van uitgever tot school – uitvoerbaar en relevant zijn. Vanuit Edu-V willen we vooral faciliteren, niet opleggen. We bouwen samen aan werkbare standaarden voor het onderwijs.’

Kaj: ‘Ik zit in de werkgroep namens Wikiwijs, maar ben er niet om het platform te promoten. Wikiwijs brengt ervaring mee op het gebied van open leermateriaal. In de praktijk merken we dat veel materiaal wel beschikbaar is, maar lastig vindbaar of herbruikbaar is. Mijn rol in de werkgroep is om mee te denken over hoe we dat kunnen verbeteren: hoe zorgen we ervoor dat open materiaal juridisch en technisch bruikbaar is voor leerkrachten en docenten? Verder denk ik mee hoe we het open aanbod op een zinvolle manier kunnen verbinden met gesloten leermiddelen, zonder dat we het verwarrend of onoverzichtelijk maken voor gebruikers.’

Waarom is die samenwerking belangrijk?

Judith: ‘ Edu-V staat voor het maken van goede afspraken. We zorgen voor het proces, betrekken de juiste partijen en borgen de afspraken in het stelsel. Wikiwijs laat zien hoe die afspraken in de praktijk uitpakken en brengt jarenlange ervaring met open leermateriaal mee. Die combinatie maakt het krachtig: theorie en praktijk komen samen.’

Kaj: ‘Onze samenwerking is belangrijk omdat we alleen verder komen als publieke en private partijen hun kennis en perspectieven bundelen. Vanuit Wikiwijs kan ik laten zien waar leerkrachten en docenten in de praktijk tegenaan lopen als ze open materiaal willen gebruiken. Ik denk actief mee over hoe je die obstakels wegneemt. Edu-V biedt het kader waarin we dat kunnen vastleggen. Juist door onze verschillende rollen versterken we elkaar.’

Wat betekent dit concreet voor het onderwijs?

Judith: ‘Leerkrachten en docenten vinden straks makkelijker geschikt leermateriaal. Dat betekent minder zoeken, meer lesgeven. Ze kunnen beter inspelen op verschillen in de klas, actualiteit toevoegen of andere uitleg aanbieden.’

Kaj: ‘Ik heb zelf kinderen op de middelbare school. Mijn dochter vond bedrijfseconomie moeilijk, omdat zij het niet goed uitgelegd kreeg. Maar via YouTube vond ze een uitleg die uiteindelijk wél hielp. Stel je voor dat een docent dat zelf al zou aanreiken. Dat zou veel schelen.’

Judith: ‘Veel leerkrachten en docenten willen hun eigen smaak aan de les toevoegen. Dat maakt het werk leuker én beter. Als we het makkelijker maken om leermateriaal te combineren, zet je ze in hun kracht. Neem MBO-docenten die hun lessen baseren op praktijksituaties. Stel, een student loopt stage in een ziekenhuis. Dan wil je lesstof over fysiologie combineren met iets over medicijngebruik en communicatie. Daar is geen kant-en-klaar boek voor. Maar met goed vindbaar materiaal kun je dat wél samenstellen.’

Kaj: ‘Metadata speelt hierin een belangrijke rol. Het geeft beschrijvende informatie over leermateriaal, zoals onderwerp, leerjaar, type bron of doelgroep. Zonder die informatie kunnen systemen geen koppelingen maken en kunnen leerkrachten en docenten moeilijk gericht zoeken. Door metadata op een slimme en eenduidige manier af te stemmen tussen verschillende leveranciers, wordt het mogelijk om open en gesloten materiaal op een logische manier naast elkaar te tonen, te vergelijken en te combineren.’

Waar staat de werkgroep nu?

Judith: ‘We zitten in de verkenningsfase. We spreken met leerkrachten, docenten, scholen en aanbieders. Wat blijkt: ze combineren allemaal op hun eigen manier. Sommigen doen het af en toe. Anderen bouwen hun hele leerlijn zelf op. Die diversiteit vraagt om een flexibele standaard.’

Wat zijn de volgende stappen?

Judith: ‘Na de verkenning volgt de ontwikkelfase. Daarin beschrijven we welke processen en afspraken nodig zijn. Daarna komt de testfase: werkt dit ook echt in de praktijk? Tot slot borgen we de afspraken in het afsprakenstelsel van Edu-V.’

Wat houden die afspraken concreet in?

Judith: ‘We zijn nu bezig om de uitkomsten van de marktverkenning te vertalen naar concrete modellen. Daarbij kijken we onder andere naar metadata: beschrijvende gegevens over leermateriaal, zoals vak, leerjaar, niveau, type activiteit of gebruikte werkvorm. Die maken gericht zoeken mogelijk. Maar dan moet het materiaal wel goed en eenduidig gelabeld zijn. We bespreken op welk niveau dat labelen moet gebeuren. Label je per les? Per thema? Of op een ander niveau? Het moet wel werkbaar blijven.’

Kaj: ‘We zoeken naar een balans. Het moet informatief genoeg zijn, maar ook uitvoerbaar.’

Judith: ‘Sommige partijen willen alles tot in detail gelabeld hebben. Maar voor leveranciers is dat onwerkbaar. Dat kost te veel tijd en geld. Daarom kiezen we voor een stapsgewijze aanpak. Eerst op hoofdlijnen afspraken maken, later verfijnen. Het moet ondersteunend zijn, niet beperkend.’

Wat is jullie stip op de horizon?

Judith: ‘Over een jaar hopen we dat de eerste afspraken zijn gemaakt over metadata, vindbaarheid en het combineren van leermateriaal. Dat moet ertoe leiden dat materiaal eenvoudig vindbaar is – ongeacht de herkomst of aanbieder.’

Kaj: ‘Het zou fantastisch zijn als door de afspraken van Edu-V het eenvoudiger wordt voor leerkrachten en docenten om hun leermateriaal te vinden en het vergroot de mogelijkheden om open en gesloten leermateriaal te combineren en te arrangeren.’

Wat typeert de samenwerking in de werkgroep?

Judith: ‘Vertrouwen. In de leerkracht en docent. In het materiaal. En in elkaar. Iedereen in de werkgroep handelt daar ook naar. Het gesprek is open en eerlijk. We zijn allemaal op zoek naar wat werkt voor het onderwijs.’

Kaj: ‘Iedereen aan tafel ziet de kansen. Er zit veel energie in de groep. Dat stemt hoopvol. We willen echt samen iets neerzetten waar de leraar straks direct iets aan heeft. Dat motiveert enorm.’

Wil je meedenken of meer weten over de afspraken die uit de werkgroep voortkomen?

Sluit je aan of lees verder op de ‘Bouw mee’ pagina.